Advertisement
 
results per page.      
   
  Apply a phonetic

The word(s) "beide" appears 88 time(s) in 82 verse(s) in Quran in Dutch (Dr. Salomo Keyzer) translation.

(1) Zij volgden de plannen, die de duivelen tegen den koning Salomo hadden verzonnen; en Salomo was geen ongeloovige, maar de duivels waren het, en leerden de menschen tooverkunsten, die de beide engelen van Babel: Haroet en Maroet, waren medegedeeld. Maar zij leeren deze kunst niemand, tenzij hij zegge: "Wij zijn geneigd tot de verzoeking," wees daarom geen ongeloovige. Van hen leerde men ook wat oneenigheid tusschen man en vrouw sticht, maar zij doen niemand kwaad dan met Gods toestemming. Wat zij leeren brengt nadeel en heeft geen nut, en daarbij wisten zij, dat hij die deze kunst had gekocht, geen deel aan het leven hier namaals zou hebben. Voor een onzaligen prijs hebben zij hunne zielen verkocht. Hadden zij het geweten!
(2) De Joden zeggen: De Christenen gronden zich op niets, de Christenen zeggen: de Joden gronden zich op niets, en toch lezen beiden de schriften. Zij die niets kennen, spreken evenzoo. Maar God zal eens, op den dag der opstanding, datgene beslechten, waarover zij thans oneenig zijn.
(3) Ook Safa en Merwa zijn gedenkstukken van God, en wie in bedevaart naar den tempel gaat of die plaats bezoekt, dien treft geen kwaad, indien hij om beiden heen gaat. Die het goede uit eigene beweging doet, zal beloond worden; want God beloont alles en is alwetend.
(4) Zij zullen u ondervragen omtrent wijn en gelukspel. Zeg hun: In beiden is groote zonde, maar ook nut voor de menschen; maar de zonde is grooter dan het nut. Zij zullen u vragen, wat zij aan aalmoezen moeten besteden. Antwoord hun: Uw overvloed. Zoo heeft God u zijne teekens geopenbaard, opdat gij zoudt nadenken. Over deze en de volgende wereld.
(5) De echtscheiding mag tweemaal plaats hebben; dan moet hij haar met rechtvaardigheid behandelen, of met edelmoedigheid ontslaan. Het is u niet veroorloofd iets te behouden wat gij haar hebt geschonken, tenzij gij beiden vreest, Gods geboden niet te kunnen vervullen. Vreest gij echter Gods geboden niet te kunnen vervullen, dan is er geene zonde in, dat zij zich door haar weduwgift loskoope. Dit zijn de geboden Gods (overtreedt die niet); wie die overtreedt, behoort tot de zondaren.
(6) God is de eenige God; buiten hem is geen God, de levende, de eeuwige. Hem bereikt sluimering noch slaap; hem behoort wat in den hemel en op aarde is. Wie kan bemiddelaar bij hem zijn, zonder zijnen wil. Hij weet wat was, wat zijn zal, en de menschen begrijpen slechts wat hij hun wil leeren. Zijn troon is over hemel en aarde uitgespreid en de bewaking van beide kost hem geene moeite. Hij is de verhevene, de machtige.
(7) O geloovigen! indien gij bij eene schuld u voor een bepaalden tijd verbindt, doet het dan schriftelijk. Een schrijver schrijve dit nauwkeurig voor u neder. De schrijver schrijve alleen en niet anders dan zoo als het hem door God geleerd is. Laat hem schrijven zoo als de schuldenaar het hem voorzegt, naar waarheid; hij vreeze God zijnen Heer en vervalsche niets. Is echter de schuldenaar dwaas of zwak, of kan hij zelf niet voorzeggen, dan zegge zijn voogd naar waarheid, en neme twee mannen onder u tot getuigen. Kent gij geene twee mannen, neemt dan een man en twee vrouwen, van die welke u geschikt voorkomen, tot getuigen; indien zich eene dezer (vrouwen) vergist, kan de andere haar helpen. De getuigen mogen niet weigeren, indien zij geroepen worden. Versmaadt het niet op te schrijven, hetzij een groote of kleine schuld, met het tijdstip van betaling. Dit zal rechtvaardiger zijn in het oog van God; het dient tot verzekering en neemt allen twijfel weg. Maar is het eene zaak, die gij dadelijk tusschen u beiden afmaakt, dan zal het geene zonde zijn indien gij niets opschrijft; maar neemt getuigen indien de een den ander iets verkoopt. Maar doe den schrijver noch den getuige geweld. Handelt gij echter anders, dan begaat gij eene zonde. Vreest God: hij zal u onderrichten; want hij weet alles.
(8) Zij die zich op den dag des slags tusschen de beide legers verwijderden, werden door satan verleid, tot straf van eenigerhande misdaad door hen bedreven; maar God heeft hun thans vergeven; want God is vergevend en genadig.
(9) O menschen! vreest uwen God, die u uit eenen man geschapen heeft en uit dezen diens vrouw, en uit beiden vele mannen en vrouwen deed ontstaan. Vreest God, tot wien gij voor elkander bidt, en eert de vrouw die u heeft geboren: want God waakt over u.
(10) Buitendien moogt gij aanspraak maken op de helft van hetgeen uwe vrouwen nalaten, indien zij geene kinderen hebben; en indien zij kinderen bezitten, dan zult gij het vierde ontvangen van hetgeen zij nalaten, nadat de legaten en hare schulden zullen betaald zijn. Zij zullen ook het vierde hebben van hetgeen gij zult nalaten. Indien gij kinderen hebt, zullen zij het achtste gedeelte hebben van hetgeen gij nalaat, nadat uwe legaten en schulden zullen zijn betaald. En indien het vermogen van een man of eene vrouw door een verwijderde bloedverwant wordt geërfd, en hij of zij een broeder of zuster heeft, dan zal ieder van hen beiden een zesde gedeelte der nalatenschap ontvangen. Indien er meer zijn, zullen zij een derde gedeelte gelijk deelen, na betaling der legaten en schulden. Zonder daardoor aan anderen nadeel toe te brengen. Dit is een bevel van God; hij is wijs en genadig.
Next
Pages 1 2 3 4 5 6 7 8 9

The word(s) "beide" appears 88 time(s) in 82 verse(s) in Quran in Dutch (Dr. Salomo Keyzer) translation.